SPOKEN WORD
BELLY LIBERATION CHOIR
Watch this video to hear me perform the spoken word.
Begrijp je nog waar het ooit voor diende, de buik?
Het vermalen van je eten, het verteren van je emoties, het verzouten van je tranen.
Je buik was ooit een plek, een huis.
Dat huis is nu verlaten en verwaarloosd, we verlieten de schoot en liepen het pad
naar boven om te gaan kamperen in ons hoofd.
Die arena van gedachten verleidde ons tot theoretiseren, opsplitsen, ruzie maken,
waar we trachtten het leven te bevatten.
Het afgietsel van die menseliikheid druipt nog altijd naar beneden want bloed
kruipt waar het niet gaan kan.
Maar hoe kom je thuis?
Dat huis gooiden we namelijk plat; hoe platter de buik, hoe beter. Steeds meer
controle en steeds incompleter.
Daarboven in ons hoofd staren we door de ramen van de ogen over of tussen je
boezem naar beneden, naar de navel.
Druk je borst vooruit, het duurt maar even en je houdt je adem in.
Maar hoe moet je vrouw zijn als je de berg waar de bron van het leven ontspringt,
dient te verbergen? Is het geen tijd om dat idee te verwerpen?
Want ook zonder het dragen van een kind is een buik niet plat.
Druk je borst vooruit, het duurt maar even en je houdt je adem in.
De adem is een slang die jou verbindt met de wereld waar je in leeft, en als die
slang zijn weg alleen maar vindt van neus of mond naar borst en terug vind je geen
rust, krijg je geen lucht.
Die diepe buik is waar de bron zich huist en die de ademhaling graag bezoekt, het
is een mooie ruimte, geloof mij, heb geen angst, je voelt je daar goed.
Het enige om weer thuis te geraken is het noodzakelijke bevrijden van de bron: de
buik was ooit ons huis, de plek waar ons leven begon.
Dat leven werd je gegeven door jouw moeder, met koek en kracht rees ze jou op als dochter,
ontwikkelde jij ontzag voor iets waarvoor wij het niet meer zullen hebben.
Met het naleven van regels die ons in de hoek van te strakke broeken, buikpijn en
corrigerend ondergoed joegen zullen we vandaag beginnen te breken.
De verdrukking van de buik van de vrouw is een moment in de tijd, gelukkig is
morgen al later, dan is het hoofd niet meer verlicht, maar dan is de buik bevrijdt.
Degene die mijn fiets heeft gekraakt en met apathische blik, die toch een zekere vanzelfsprekendheid moest uitstralen, mijn trouwe ros wegrolde, wist dit wel. Nadat ik als een moeder die haar kind kwijt is de fietsenstalling had doorgespit, legde ik me neer bij diefstal. Het was een akelig gevoel dat zich tussen een nederlaag, heimwee en nostalgie in bevond. Ik had echter nooit kunnen voorzien dat dit verlies tot een vruchtbaar treffen zou leiden, en mijn trottoir met dat van Willem zou doen kruisen.
Voor een nieuwe oude barrel raadpleegde ik Marktplaats en stuitte daarbij op volgend proza:
‘’Mooie stadsfiets met veel versnellingen, heeft net een onderhoudsbeurt gehad’’
Woorden van Willem. Ik berichtte hem dat ik de fiets voor €50 kwam ophalen waarop Willem reageerde dat we met €60 een deal hadden, deze fiets was het echt waard. Een prima deal, dus op naar Rotterdam-Noord waar Willem woonachtig is. Vlakbij de Bergse Voorplas, in een buurt waar jonge gezinnen, pensionado’s en studenten harmonieus samenleven, trof ik Willem aan. Hij stond in zijn kleine klus garage met zijn rug naar de deuropening, nog wat te frunniken aan mijn verse vriend.
Toen hij zich naar mij toe draaide hield hij zijn hand vlak met de palm omhoog. ‘’Kijk, een spinnetje, daar moeten we voorzichtig mee omgaan.’’ Hij liep naar buiten, naar een struik verderop en gaf het spinnetje met beleid een nieuw verblijf. ‘’We krijgen wel eens fietsen binnen, die hebben een jaar buiten gestaan, daar zit natuurlijk van alles in, en bij iedere fiets zorg ik dat ze er allemaal weer heelhuids uitkomen.’’ Ik nam mijn nieuwe fiets aan om de zadelhoogte te testen. ‘’Als je nou een half minuutje rechtdoor rijdt, dan kom je bij de Bergse plas, dan kan je dat meteen even meepakken.’'
De fiets fietste fijn, de plas was prachtig. Toen ik terugkwam van mijn testrit en Willem nog een laatste check deed, fronste hij diep. Hij had een klein defect opgemerkt en begon ijverig te schroeven. Tijdens zijn ijver zei hij: ‘’Ik zeg altijd, de grootste plaag op deze planeet is de mens’’. Ik ben het met Willem eens, ware het niet dat Willem ook mens is. Zo’n mooi mens kan ik maar met moeite als onderdeel van de plaag zien.
Hoe de mens erover vijftien of over twintig jaar uitziet, is lastig inbeelden. Wat ik wel weet is dat Willem dan hoogbejaard is, dus vraag ik me af wie er dan voor een goede tweedehands fiets zorgt, en wie de spinnen nieuw onderdak geeft?
Ik neem in ieder geval een voorbeeld aan Willem, koning, keizer, admiraal van Rotterdam-Noord, redt spinnen en verkent zijn wereld op de fiets.
KORTE
GEDICHTEN
Als we die plastic soep nou ‘ns omsmelten,
en in halfronde vormpjes gieten.
Dan is de zee bevrijd van zinloos geweld en
voor iedereen gratis plastic tieten.
Ik besloot mezelf in een nieuw vormpje te slaan,
inclusief alter ego en een nieuwe naam.
Maar de menselijke massa is giftig in zijn bestaan.
Comfortabel tegelijk, je ontkomt er niet aan.
Ik wil excelleren, laten zien dat ik het kan.
Dus kom me maar begeren, lieg tegen me,
zolang ik erin trap zal ik me bezeren.
Het gaat om de plek waar je verkeert,
dat kan verkeren.
Je kunt immers verkeerd verkeren.
Ik voel angst om te verkeren.
Of om dat te verleren.
De tijd zou het haar leren,
maar de tijd zei telkens af.
Besloot te kappen met begeren,
sloeg de dicht met een klap.
Nu gedijt zij met gedichten,
geschriften en haar pen.
Noteert zij haar driften,
alsof ik iemand anders was.
Of ben.
SPOKEN WORD
BELLY LIBERATION CHOIR
Watch this video to hear me perform the spoken word.
Begrijp je nog waar het ooit voor diende, de buik?
Het vermalen van je eten, het verteren van je emoties, het verzouten van je tranen.
Je buik was ooit een plek, een huis.
Dat huis is nu verlaten en verwaarloosd, we verlieten de schoot en liepen het pad
naar boven om te gaan kamperen in ons hoofd.
Die arena van gedachten verleidde ons tot theoretiseren, opsplitsen, ruzie maken,
waar we trachtten het leven te bevatten.
Het afgietsel van die menseliikheid druipt nog altijd naar beneden want bloed
kruipt waar het niet gaan kan.
Maar hoe kom je thuis?
Dat huis gooiden we namelijk plat; hoe platter de buik, hoe beter. Steeds meer
controle en steeds incompleter.
Daarboven in ons hoofd staren we door de ramen van de ogen over of tussen je
boezem naar beneden, naar de navel.
Druk je borst vooruit, het duurt maar even en je houdt je adem in.
Maar hoe moet je vrouw zijn als je de berg waar de bron van het leven ontspringt,
dient te verbergen? Is het geen tijd om dat idee te verwerpen?
Want ook zonder het dragen van een kind is een buik niet plat.
Druk je borst vooruit, het duurt maar even en je houdt je adem in.
De adem is een slang die jou verbindt met de wereld waar je in leeft, en als die
slang zijn weg alleen maar vindt van neus of mond naar borst en terug vind je geen
rust, krijg je geen lucht.
Die diepe buik is waar de bron zich huist en die de ademhaling graag bezoekt, het
is een mooie ruimte, geloof mij, heb geen angst, je voelt je daar goed.
Het enige om weer thuis te geraken is het noodzakelijke bevrijden van de bron: de
buik was ooit ons huis, de plek waar ons leven begon.
Dat leven werd je gegeven door jouw moeder, met koek en kracht rees ze jou op als dochter,
ontwikkelde jij ontzag voor iets waarvoor wij het niet meer zullen hebben.
Met het naleven van regels die ons in de hoek van te strakke broeken, buikpijn en
corrigerend ondergoed joegen zullen we vandaag beginnen te breken.
De verdrukking van de buik van de vrouw is een moment in de tijd, gelukkig is
morgen al later, dan is het hoofd niet meer verlicht, maar dan is de buik bevrijdt.
WILLEM
Wist je dat je een fiets die op enkel slot staat, met een Hema schaartje van een euro of wat kan openbreken?
Degene die mijn fiets heeft gekraakt en met apathische blik, die toch een zekere vanzelfsprekendheid moest uitstralen, mijn trouwe ros wegrolde, wist dit wel. Nadat ik als een moeder die haar kind kwijt is de fietsenstalling had doorgespit, legde ik me neer bij diefstal. Het was een akelig gevoel dat zich tussen een nederlaag, heimwee en nostalgie in bevond. Ik had echter nooit kunnen voorzien dat dit verlies tot een vruchtbaar treffen zou leiden, en mijn trottoir met dat van Willem zou doen kruisen.
Voor een nieuwe oude barrel raadpleegde ik Marktplaats en stuitte daarbij op volgend proza:
‘’Mooie stadsfiets met veel versnellingen, heeft net een onderhoudsbeurt gehad’’
Woorden van Willem. Ik berichtte hem dat ik de fiets voor €50 kwam ophalen waarop Willem reageerde dat we met €60 een deal hadden, deze fiets was het echt waard. Een prima deal, dus op naar Rotterdam-Noord waar Willem woonachtig is. Vlakbij de Bergse Voorplas, in een buurt waar jonge gezinnen, pensionado’s en studenten harmonieus samenleven, trof ik Willem aan. Hij stond in zijn kleine klus garage met zijn rug naar de deuropening, nog wat te frunniken aan mijn verse vriend.
Toen hij zich naar mij toe draaide hield hij zijn hand vlak met de palm omhoog. ‘’Kijk, een spinnetje, daar moeten we voorzichtig mee omgaan.’’ Hij liep naar buiten, naar een struik verderop en gaf het spinnetje met beleid een nieuw verblijf. ‘’We krijgen wel eens fietsen binnen, die hebben een jaar buiten gestaan, daar zit natuurlijk van alles in, en bij iedere fiets zorg ik dat ze er allemaal weer heelhuids uitkomen.’’ Ik nam mijn nieuwe fiets aan om de zadelhoogte te testen. ‘’Als je nou een half minuutje rechtdoor rijdt, dan kom je bij de Bergse plas, dan kan je dat meteen even meepakken.’'
De fiets fietste fijn, de plas was prachtig. Toen ik terugkwam van mijn testrit en Willem nog een laatste check deed, fronste hij diep. Hij had een klein defect opgemerkt en begon ijverig te schroeven. Tijdens zijn ijver zei hij: ‘’Ik zeg altijd, de grootste plaag op deze planeet is de mens’’. Ik ben het met Willem eens, ware het niet dat Willem ook mens is. Zo’n mooi mens kan ik maar met moeite als onderdeel van de plaag zien.
Hoe de mens erover vijftien of over twintig jaar uitziet, is lastig inbeelden. Wat ik wel weet is dat Willem dan hoogbejaard is, dus vraag ik me af wie er dan voor een goede tweedehands fiets zorgt, en wie de spinnen nieuw onderdak geeft?
Ik neem in ieder geval een voorbeeld aan Willem, koning, keizer, admiraal van Rotterdam-Noord, redt spinnen en verkent zijn wereld op de fiets.
KORTE
GEDICHTEN
Het gaat om de plek waar je verkeert,
dat kan verkeren.
Je kunt immers verkeerd verkeren.
Ik voel angst om te verkeren.
Of om dat te verleren.
Als we die plastic soep nou ‘ns omsmelten,
en in halfronde vormpjes gieten.
Dan is de zee bevrijd van zinloos geweld en
voor iedereen gratis plastic tieten.
Ik besloot mezelf in een nieuw vormpje te slaan,
inclusief alter ego en een nieuwe naam.
Maar de menselijke massa is giftig in zijn bestaan.
Comfortabel tegelijk, je ontkomt er niet aan.
Ik wil excelleren, laten zien dat ik het kan.
Dus kom me maar begeren, lieg tegen me,
zolang ik erin trap zal ik me bezeren.
De tijd zou het haar leren,
maar de tijd zei telkens af.
Besloot te kappen met begeren,
sloeg de dicht met een klap.
Nu gedijt zij met gedichten,
geschriften en haar pen.
Noteert zij haar driften,
alsof ik iemand anders was.
Of ben.